Cuba Si 201 – Vertaling
Verslag vanuit het Nationaal parlement van Cuba
September 2018
Uitzonderlijke zitting 01/06/2018 :.
Het parlement vergaderde in uitzonderlijke zitting op 1 juni 2018. De samenstelling van de 10 bestendige commissies van de asamblea nacional werd goedgekeurd, evenals de samenstelling van de commissie gelast met het afwerken van het ontwerp van een nieuwe grondwet. Deze laatste, bestaande uit 33 leden, is voorgezeten door Raúl Castro.
Raúl benadrukte dat de grondwethervorming in geen enkel geval afziet van het socialistisch project. Reeds in april 2018 verklaarde hij « Wij willen niets veranderen aan het onherroepbaar socialistisch karakter van ons politiek en sociaal systeem, noch aan de leidende rol van de Communistische Partij van Cuba (PCC) als georganiseerde voorhoede en hogere leidende kracht van de samenleving en van de staat ».
Miguel Díaz-Canel herinnerde eraan dat de historische omstandigheden gewijzigd zijn. Hij bevestigde dat de commissie het impact moet bestuderen van de beslissingen van het VIIe Congres van de PCC, grondwetaanpassingen in andere landen moet bekijken, rekening houdend met de ervaringen van Cuba in de opbouw van het socialisme.
Raúl bendrukte ook het verloop : eens het ontwerp goedgekeurd door het parlement zal het voorgelegd worden aan een populaire raadpleging in de gemeenschappen, de wijken, de werk- en studiecentra, de ministeries, de ambassades in het buitenland. De meningen en suggesties uitgedrukt tijdens de raadplegingen zullen voorgelegd worden aan het parlement, dat het definitief ontwerp zal opstellen, dat op zijn beurt zal voorgelegd worden aan een referendum, alvorens terug te komen in het parlement voor een definitieve aanneming, met minimum twee derden van de stemmen.
Zitting van 19-22/07/2018.
De essentie van de debatten in het parlement betrof het voorontwerp van de grondwet, uitgewerkt door de commissie voorgezeten door Raúl . De volksvertegenwoordigers hebben eerst het ontwerp bestudeerd in de 10 bestendige parlementaire commissies, alvorens over te gaan tot de bespreking in de algemene vergadering.
De agenda omvatte tevens het afronden van het staatsbudget voor 2017, en de voorstelling en bevestiging van de nieuwe ministerraad.
Het budget 2017.
Lina Pedraza, minister van financiën en van de prijzen, stelde het verslag voor betreffende de uitvoering van het budget 2017. Zij herinnerde aan de belangrijkste omstandigheden die de uitvoering hebben beïnvloed : de financiële beperkingen, de onvoldoende beschikbaarheid van brandstoffen, de invloed van drie opeenvolgende jaren droogte, de effecten van de economische, commerciële en financiële blokkade, de schade aangericht door de orkaan Irma, en de intense regenval die hierop volgde.
Zij benadrukte de prioriteiten voor de basis sociale voorzieningen, de bescherming van de bevolking, de recuperatiewerken, de voedselproductie. Het budget kende 528 miljoen pesos toe voor de evacuatie, de recuperatie en de steun aan de slachtoffers van de natuurlijke catastrofe. De uitvoering van het budget werd stipt opgevolgd en, na analyse van de belangrijkste doelstellingen, kwam men tot een deficit lager dan dat voorzien in de planning van het budget. Het parlement keurde de afronding van het budget 2017 goed.
De ministerraad.
De volksvertegenwoordigers zijn dan overgegaan tot de goedkeuring van de samenstelling van de ministerraad. Voor meer details over de samenstelling : www.granma.cu/cuba/2018-07-21/nuevo-consejo-de-ministros-es-aprobada-por-el-parlamento-cubano.
Het voorontwerp van grondwet.
Na studie en bespreking van het voorontwerp, voorgelegd door de bijzondere commissie, en rekening houdend met de wijzigingen voorgesteld door de volksvertegenwoordigers, keurde het parlement unaniem de tekst goed van het ontwerp dat zal onderworpen worden aan een volksraadpleging, die zal doorgaan van 13 augustus tot 15 november 2018.
(Het ontwerp van grondwet is besproken in een afzonderlijk artikel (zie verder in dit nummer).
Slottoespraak.
In zijn slottoespraak kwam Miguel Díaz-Canel terug op de grote besproken thema’s : het budget 2017, de samenstelling van de ministerraad, de bespreking van het voorontwerp van grondwet.
Er moet nu verder gewerkt worden in een complexe conjunctuur op internationaal vlak, vooral in de regio, zoals benadrukt werd in het Foro de Sao Paulo (zie artikel terzake), en rekening houdend met de moeilijke economische toestand van het land. Niettegenstaande al deze problemen kende het BIP een groei van 1,1% voor de eerste zes maanden van het jaar. De komende maanden moeten de grondvesten verstevigen om een realistisch en houdbaar plan uit te werken voor 2019. « Er is hier niet veel aan toe te voegen », verklaarde hij, « maar er is veel op te lossen, te verbeteren, te versterken en te scheppen ».
(Binnenlands Cubaanse Nieuws)
BALANS VAN HET LAND NAV DE HERDENKING VAN 26 JULI.
September 2018
De 65e verjaardag van de aanval op de kazerne Moncada in Santiago de Cuba, en de kazerne Carlos Manuel de Céspedes in Bayamo, op 26 juli 1953, werd herdacht in Santiago de Cuba. De ceremonie werd voorgezeten door Raúl Castro en Miguel Díaz-Canel, en Raúl verzorgde de slottoespraak, waarin hij verschillende actuele punten besprak.
De economie.
Op economisch vlak benadrukte hij de verwezenlijkingen die toelieten het aanbod in goederen en in diensten voor de bevolking te verhogen. Zo komt o.a. het programma voor de woningen, met de hierbij horende investeringen, tegemoet aan een vitale nood van de burgers.
De inspanningen om de export te verhogen worden verder gezet. De lokale ontwikkelingsprogramma’s, met een verhoogde autonomie voor de gemeenten, en gecentreerd op de lokale middelen, worden in gans het land ontwikkeld.
De grondwet.
Raúl besprak, uiteraard, het ontwerp van nieuwe grondwet, recent goedgekeurd door het parlement, en dat onderworpen is aan een ruime volksraadpleging, waarvan de resultaten zullen onderzocht worden door de volksvertegenwoordigers, alvorens men een definitieve tekst zal uitwerken die zal voorgelegd worden aan een referendum.
De financiële toestand.
De buitenlandse financies kennen nog steeds een zorgwekkende toestand, ingevolge de opeenvolgende problemen van de droogte, de orkanen, de hevige regenval, en de versterking van de blokkade die verder de financiële verhandelingen van het land bemoeilijken. Niettegenstaande deze spanningen kende de economie toch een discrete groei.
Internationale politiek.
Raúl kwam terug op de rol gespeeld door de ALBA (Bolivariaanse Alliantie voor de volkeren van Latijns Amerika), dank zij dewelke 60 miljoen mensen uit de armoede konden groeien gedurende de laatste 15 jaren, en meer dan 3 miljoen het analfabetisme hebben overwonnen, dat uitgeroeid werd in Venezuela, Bolivia en Nicaragua. Meer dan 20.000 Latijnsamerikaanse en Caribische dokters werden gevormd in de ELAM (Latijns Amerikaanse School voor Geneeskunde), en 2.900.000 patiënten hebben het zicht teruggevonden dank zij de operatie « Milagro »(naast een miljoen in Cuba).
Hij kwam ook terug op de samenwerking met Venezuela met de oprichting van Petrocaribe, en de versteviging van de regionale integratie met de oprichting van de CELAC en de UNASUR, waarin landen met verschillende politieke systemen toetraden, volgens het principe van eenheid in de verscheidenheid.
De VS gebruiken alle methodes van een niet-conventionele oorlog om de ontwikkeling van progressieve regeringen te beletten. Rechts heeft via verkiezingsoverwinningen, soms frauduleus, soms gemanipuleerd, de macht heroverd in enkele landen. Enkele maanden geleden bevestigden de VS trouwens de herinvoering van de doctrine Monroe (Amerika voor de Amerikanen), een terugkeer naar een afhankelijkheidsstatuut en een onderwerping voor de naties van Latijns Amerika en de Caraïben. In dezelfde geest hebben de VS, gesteund door enkele regeringen, gepoogd de Vereniging van de Amerikaanse Staten nieuw leven in te blazen, en zij zetten alles in het werk om Venezuela te destabiliseren.
Betreffende het Foro de Sao Paulo benadrukte Raúl de noodzaak de strijd van links en progressieve bewegingen aan te wakkeren. De slotresolutie is een programma voor een verenigde actie. Hij herbevestigde de solidariteit met Venezuela en Nicaragua, eiste de vrijlating van Lula in Brasil, en feliciteerde het Mexicaanse volk en zijn president López Obrador.
De betrekkingen Cuba – VS.
Ter zake heeft Raúl herhaald dat de diplomatieke betrekkingen in voege blijven, en dat verschillende bilaterale akkoorden, en een samenwerking beperkt tot enkele gebieden, verder lopen. Maar de betrekkingen zijn slechter geworden, onder het voorwendsel van « geluidsaanvallen ». Men heeft 17 Cubaanse ambtenaren van de ambassade in Washington uitgewezen, en het diplomatiek personeel in de Noordamerikaanse ambassade in Havana werd tot een minimum herleid. De blokkade werd versterkt, vooral in de bestraffing van financiële transacties.
Raúl hernam een verklaring van een onderstaatssecretaris van de VS, op 6 april 1960 : « De meerderheid van de Cubanen steunen Castro, er bestaat geen efficiënte politieke oppositie, het enige middel om deze steun te ondermijnen is onvrede te scheppen wegens schaarste… Men moet alle middelen toepassen om het economisch leven te verzwakken, de toevoer van leveringen af te schaffen en de salarissen te doen verminderen, honger te veroorzaken, teleurstelling en de val van de regering te veroorzaken… ». Raúl benadrukte : « Nooit heb ik iets zo cynisch gehoord, en de agressies gaan verder in aangepaste vormen ». De desinformatie en de manipulatie om de politieke orde in Cuba omver te werpen met programma’s gesteund met miljoenen dollar worden verder gezet.
Raúl eindigde met de verklaring dat het niet de eerste keer, en niet de laatste keer, dat de Revolutie het hoofd moet bieden aan uitdagingen en bedreigingen. « Wij hebben gevaren gekend en wij hebben weerstand geboden, onoverwonnen, sinds 60 jaar », sloot hij af.
(Geschiedenis)
WAT IS ER GEWORDEN VAN DE « MONCADISTAS » ?
158 jongeren namen deel aan de aanvallen van 26 juli 1953. Slechts zes werden gedood tijdens de schermutselingen. 55 werden gemarteld en vermoord. 32 werden veroordeeld (Fidel Castro tot 15 jaar gevangenschap ; 4, waaronder Raul tot 13 jaar, 22 tot 10 jaar, 3 tot 3 jaar, en 2 tot 7 maanden (Haydée Santamaria en Melba Hernandez)). 17 kwamen voor de rechtbank maar werden niet veroordeeld, bij gebrek aan bewijzen. 48 ontsnapten aan de vervolgingen. 59 betichten, voornamelijk lid van de oppositiepartijen, werden voor de rechtbank gedaagd, alhoewel zij niets te maken hadden met de acties van 26 juli. De veroordeelde Moncadisten kwamen vrij op 15 mei 1955, ingevolge een amnestieregeling. 21 Moncadisten maakten deel uit van de ontscheping met de Granma, waarvan 4 gedood werden de dag van de ontscheping.87 werden gevangengenomen, 2 zijn gestorven gedurende de bevrijdingsstrijd, en 7 hebben de strijd verdergezet tot de overwinning.
SOCIALE HERKOMST VAN DE STRIJDERS VAN 26/7.
De meerderheid van de strijders van 26/7 kwamen van de grootste bevolkingslagen : boeren, arbeiders, gewone beroepsmensen, werkloze jongeren of tewerkgesteld in schamele jobs. Tussen de staatsgreep van Batista (10 maart 1952) en de aanval op de twee kazernes slaagde Fidel Castro erin meer dan 1.000 militanten te verenigen, die daarna lid zullen worden van de Beweging 26/7. Als men de stiel bekijkt van de meerderheid van de aanvallers ziet men metsers, bouwvakkers, schrijnwerkers, meubelmakers, ebenisten, arbeiders in fabrieken, schilders in de bouw, boeren, landbouwarbeiders, chauffeurs, keukenpersoneel, bakkers, bedienden, talrijke werklozen, tewerkgestelden in schamele jobs (autoparkeerders, boxer, straatventers, enz.) In kleine aantallen vindt men enkele leden van liberale jobs (advokaat, arts) en studenten.Een samenstelling die goed de uitspraak van Fidel weerspiegeld : de revolutie voor de eenvoudigen, door de eenvpoudigen, van de eenvoudigen.
(Binnenlands Cubaanse Nieuws)
EEN NIEUWE GRONDWET.
September 2018
Sinds 13 augustus is gans Cuba in de weer voor de volksraadpleging over het ontwerp van een nieuwe grondwet. Het ontwerp werd opgesteld door een werkgroep, voorgezeten door Raúl Castro, sinds 13 mei 2013, na de oprichting ervan door het Politiek Bureau van de Communistische Partij van Cuba (PCC). In juli werd het ontwerp voorgelegd aan het parlement, en na enkele aanpassingen is het nu onderhevig aan een volksraadpleging.
Waarom de grondwet wijzigen ?
De laatste jaren kende het land belangrijke socio-economische ontwikkelingen, en het werd nodig de grondwet aan te passen en er de ingevoerde aanpassingen in op te nemen. Het ontwerp houdt
rekening met de akkoorden goedgekeurd tijdens het VI en VII Congres van de PCC, en men heeft hiervan gebruik gemaakt om een nieuw ontwerp op te stellen in een beter getructureerde tekst, met de invoering van wijzigingen die al een tijdje ter studie lagen, en om er rechten in op te nemen die Cuba de laatste jaren heeft erkend in verschillende internationale akkoorden en protocols.
De referenties voor het nieuw ontwerp.
De werkgroep nam als basis verschillende referenties : het politieke ideeëngoed van Fidel Castro, de toespraken en richtlijnen van Raúl Castro, de definitie van het Cubaans economische en sociaal model voor een socialistische ontwikkeling, het nationaal economische en sociaal ontwikkelingsplan tot de horizon 2030, de oriënteringen van de Partij en van de Revolutie, de werkplannen van de PCC aangenomen tijdens de Eerste Nationale Conferentie.
Studies werden verricht over andere grondwetten, zoals deze van Venzuela, Bolivia en Ecuador, onder de meest vooruitstrevende van Latijns Amerika, evenals deze van China en Vietnam, en grondwettelijke teksten van andere landen.
Ook de grondwettelijke geschiedenis van Cuba werd in acht genomen tijdens de studie, o.a. de grondwet van 1940, de Basiswet van 1959, en de huidige grondwet.
Belangrijkste kenmerken van de voorgestelde tekst.
De tekst is samengesteld uit een proloog, 224 artikels (87 meer dan in de huidige versie), ondergebracht onder 11 titels, 24 hoofdstukken en 16 secties. Van de huidige grondwet werden 11 artikels behouden, 113 geamendeerd en 13 afgeschaft.
Het ontwerp herbevestigt het socialistisch karakter van het politiek, economisch en sociaal systeem, evenals de leidende rol van de PCC. Het economisch systeem behoud de socialistische eigendom door het volk van de fundamentele middelen en van de planificatie, waar men de erkenning van de markt aan toevoegd, evenals de nieuwe eigendomsvormen, andere dan de openbare, inbegrepen de privé eigendom.
Een brede waaier rechten is opgenomen, in overeenstemming met internationale akkoorden die Cuba onderschreef, o.a. inzake de rechten van de verdediging, de procedures, de volksdeelname, sommige economische en sociale rechten die hergeformuleerd worden. Het recht op gelijkheid wordt ruimer omschreven, met bvb. de niet discriminatie ingevolge gender, etnische afkomst en handicap.
Men voorziet de mogelijkheid beroep te doen op de rechtbanken voor de teruggave van rechten, de rechtzetting of de vergoeding van onrechtvaardigheden of nadelen ingevolge de actie of het niet reageren van organen,, leiders, ambtenaren of staatbedienden tijdens de abusieve uitvoering van hun functies.
De president van de republiek is door het parlement verkozen voor vijf jaar, onder de leden van het parlement. Nieuwigheid, reeds maanden verdedigd door Raúl Castro : de kandidaat mag maximum zestig jaar oud zijn (min. 35) voor de verkiezing in een eerste mandaat, en kan de taak slechts uitvoeren gedurende twee opeenvolgende mandaten.
Het huwelijk is in de nieuwe tekst bepaald als « tussen twee personen », i.p.v. tussen een man en een vrouw.
Ook nieuw : de oprichting van een nationale verkiezingsraad, het afschaffen van de provinciale organen van de Volksmacht, die vervangen worden een provinciale regering. De gemeenten krijgen een steeds belangrijkere rol toegewezen met de erkenning van hun autonomie.
De politieke grondvesten.
De definitie van de Cubaanse staat als socialistische staat, bevestigd een principe van grondwettelijkheid en voorrang van de wet, terwijl ze de socialistische instanties versterkt. De PCC behoudt zijn rol van hogere leidinggevende kracht van de maatschappij en de staat, met de nadruk op zijn democratisch karakter en zijn bestendige band met de bevolking. De staat erkent en garandeert de werking van verenigingsvormen conform de wet. De verplichting is opgenomen voor officiële instanties, hun leiders, ambtenaren en bedienden, om de bevolking te respecteren en te bedienen, nauwe banden met deze laatste te behouden, en zich te onderwerpen aan haar controle, in de vormen voorzien door de grondwet en de wetgeving.
Inzake de essentiële doelstellingen van de staat worden tevens nieuwigheden opgenomen : de versterking van de nationale eenheid, de beveiliging van de nationale veiligheid, de promotie van een duurzame ontwikkeling, het ijveren voor hogere drempels gelijkheid en sociale rechtvaardigheid, het behoud en de ontwikkeling van de verworvenheden van de revolutie, de versterking van de ideologie en de moraal eigen aan de socialistische gemeenschap, de bescherming van het natuurlijk, historisch en cultureel patrimonium van de natie.
De principes van de buitenlandse politiek worden bevestigd en uitgebreid : de promotie van het internationaal recht en de multipolariteit in de betrekkingen tussen de staten, de veroordeling van het imperialisme, het fascisme, het kolonialisme en het neokolonialisme in al hun uitingen, de verdediging en de bescherming van de rechten van de mens en het verwerpen van elke vorm van uiting van racisme en discriminatie, de promotie van de ontwapening en de veroordeling van elke proliferatie en het gebruik van nucleaire wapens, massa-uitroeiing of andere die gelijkaardige gevolgen hebben en het internationaal humanitair recht verkrachten, evenals de bescherming en het behoud van het milieu en de strijd tegen de klimaatverandering.
De economische grondvesten.
Het basisprincipe van de tekst omschrijft de socialistische eigendom door het volk van de fundamentele productiemiddelen en de geplande leiding van de economie. Verschillende eigendomsvormen die in de economie naast elkaar kunnen leven worden erkend (socialistische door gans het volk, coöperatieve, gemengde, door politieke, massa- en sociale organisaties, privé en persoonlijke). De staat zal deze met een sociaal karakter promoveren. Nieuw in de tekst : de markt is opgenomen en gereglementeerd in het kader van de economische planning, volgens het principe ongelijkheden te vermijden die erdoor ontstaan, in functie van de belangen van de gemeenschap.
Het grondwettelijk principe van niet concentratie van de eigendom door niet openbare eenheden,, blijft een grondregel van het Cubaans socialistisch systeem. Een juridische regelgeving staat in voor de overdracht van de eigendom en andere eigendomsrechten. Het staatsbedrijf is het hoofdonderwerp van de economie, en de autonomie ervan ligt vast als centraal element van de werking. De planning staat als centraal element van het leidingsysteem voor de economische en sociale ontwikkeling. De deelname van de werknemers aan de leiding, de reglementering en de controle van de economische activiteit wordt bevestigd. Het speciaal regime van privé-eigendom van gronden wordt behouden, evenals het verbod voor verhuren, hypothecaire leningen en elke andere daad die een taks omvat of een afstaan van deze gronden aan particulieren.
Het burgerschap.
Een fundamentele wijziging : een aanpassing van de niet erkenning van het dubbele burgerschap. In de plaats stelt het ontwerp het principe voor van het « effectief burgerschap », hetzij « de cubaanse burgers, op het nationaal territorium, zijn beheerd door deze voorwaarde en kunnen geen gebruik maken van een buitenlands burgerschap ».
Rechten, plichten en garanties.
De rechten die Cuba erkende in verschillende conventies en protocols worden opgenomen. De rechten van het individu worden enkel beperkt door de rechten van de anderen, de collectieve veiligheid, het algemeen welzijn, het respect van de openbare orde en de regels vastgelegd in het juridisch systeem van het land.
De openbare gezondheid wordt erkend als een universeel recht, en de staat garandeerd de gratis toegang tot de zorgen. Gratis onderwijs is verzekerd vanaf de voorschoolse vorming tot het universitair onderwijs van de eerste cyclus. Onderwijs wordt bepaald als lekenvorming en een recht voor elkeen, en ook als een verantwoordelijkheid van de staat, de gemeenschap en de families..
Nieuwe rechten worden opgenomen in de tekst : de habeas corpus (om abusieve hechtenis te vermijden), garanties voor het in hechtenis genomen of gevangengezet individu, het recht op informatie, het recht van kennisneming van info betreffende de burger in de openbare archieven of registers, de sociale reclassering van personen wiens vrijheid is ontnomen, enz.
Andere paragrafen hebben het over het recht van de enkelingen om deel te nemen aan het cultureel en artistiek leven, het recht op een vergoeding voor de arbeid, het recht tot toegang aan kwalitatieve goederen en diensten. De rechten en de burgerrechten van de burgers worden verduidelijkt, evenals de verdedigingsmecanismen voor de rechtbanken inzake de becsherming van deze rechten.
Principes van de onderwijs-, culturele- en wetenschappelijke politiek.
Deze principes worden bevestigd, met de nadruk op het belang van de ethische, burgerlijke en revolutionaire waarden bij de nieuwe generaties, evenals de bescherming die staat verzekerd voor de culturele identiteit, het behoud van het patriminium, en de artistieke enn historische rijkdom van de natie.
Structuur van de staat.
Nieuwe bevoegdheden worden toegekend aan de asamblea nacional (het parlement) en de raad van state, waaronder : de interpretatie van de grondwet, het afkondigen van wetten en decreten door het parlement, het samenroepen van de raad van state.
De ministerraad zal bestaan uit een eerste minister, die de leiding opneemt, de vice-eerste ministers, de minsiters, de secretaris en de andere leden voorzien door de wet. De eerste minister wordt benoemd door het parlement, op voorstel van de president, voor een periode van vijf jaar. Zijn belangrijkste taken zijn, de vergaderingen van de raad of het uitvoerend comité samenroepen en voorzitten, de contrôle van de leiders van de centrale administratie en de staat, de opdrachten geven aan de provinciale gouverneurs.
Inzake de rechtbanken versterkt de nieuwe omschrijving de functionele onafhankelijkheid van de rechtbanken en de rechters.
Organisatie van het territorium.
De gemeente is de fundamentele politieke basisorganisatie. De autonomie van de gemeenten wordt erkend, inbegrepen de verkiezing van de autoriteiten, het beslissingsrecht over het gebruik van de beschikbare middelen en het uitvoeren van de bevoegdheden conform aan de grondwet en de wetten.
De lokale organen van de Volksmacht.
Het provinciaal niveau van de Volkmacht wordt afgeschaft en vervangen door een Provinciale regering, bestaande uit een gouverneur en een Provinciale raad. De provinciale regering moet ijveren voor de economische en sociale ontwikkeling van haar grondgebeid, en optreden als coördinator tussen de regering en de gemeenten. De provincialeraad is omschreven als een collegiaal en deliberatief orgaan, voorgezeten door de gouverneur, en samengesteld door de voorzitters van de gemeenteraden, de adminsitratieve verantwoordelijken van de gemeenten, en andere leden voorzien in de wet.
De gemeentelijke raden van de Volkmacht zullen elke vijf jaar hernieuwd worden (heden twee en een half jaar), en garanderen het petitierecht en de deelname van de burgers.
Verkiezingssysteem.
Het stemmen is omschreven als een recht en een plicht van alle burgers, niet verplicht, gelijk, rechtstreeks en geheim, en men blijft op de leeftijd van 16 jaar voor het stemrecht.
Er komt een nationale verkiezingsraad, als permanent orgaan met als opdracht de organsatie, de leiding en de controle van de verkiezingen, de volksraadplegingen, de referendums, en de behandeling van de klachten terzake.
Nationale veiligheid en verdediging.
De tekst definieert de defensiepolitiek en de veiligheidspolitiek van het land, evenals de strategische uitwerking van de oorlog van het ganse volk, als nationale defensiedoctrine. De verdedigingsraad is een hoger orgaan van de staat, met als opdracht de organsatie, de leiding en de voorbereiding van de defensie van het land in vredestijd. Bij uitzonderlijke omstandigheden en catastrofen neemt deze raad de leiding van het land met de attributies die overeenstemmen met de organen van de staat en van de regering, uitgezonderd grondwetwijzigingen.
Grondwetsherziening.
De grondwet kan slechts gewijzigd worden door het parlement van de Volkmacht (asamblea nacional), met een akkoord, ingevolge een nominatieve stemming, met twee derden meerderheid.
De tekst herneemt het principe van de onomkeerbaarheid van het politiek, sociaal en economisch socialistisch systeem, evenals het verbod te onderhandelen onder omstandiogheden van agressie, bedreiging of druk door een buitenlandse mogendheid. Deze bepalingen kunnen niet gewijzigd worden.
(Binnenlands Cubaanse Nieuws)
DE VOLKSRAADPLEGING over de nieuwe grondwet.
September 2018
De volksraadpleging, die begon op 13 augustus, loopt tot 15 november 2018.
Teneinde een maximale deelname van de burgers mogelijk te maken, werd alles in het werk gesteld om de studie en de democratische bespreking van het ontwerp te verzekeren.
Sinds 31 juli is de tekst van het ontwerp beschikbaar op de websites van de staatsorganen, van de dagbladen en tijdschriften, in PDF.
Meer dan een miljoen gedrukte exemplaren werd te koop aangeboden aan 1 peso, in het ganse land. Om de verspreiding te verzekeren tot in de meest afgelegen hoeken van het land heeft Correos de Cuba (het postbedrijf) beroep gedaan op 815 postbureaux, 270 perskiosken, meer dan 1.000 landelijke postbodes, en 3.156 verkooppunten. De vraag is zo intens dat de voorziene oplage in enkele dagen verkocht werd. Het dagblad Granma gaat nu de integrale tekst opnemen, in twee afleveringen. Het telecombedrijf Etecsa biedt een gratis opladen van de tekst aan in alle wifizones van het land.
De raadpleging.
135.000 raadplegingsvergaderingen zijn voorzien, in de werkcentra, de wijken (waar de rol van de CDR fundamenteel is), de massaorganisaties, enz. Elke vergadering is voorgezeten door twee personen, speciaal gevormd om op alle vragen te kunnen ingaan en elke verduidelijking te verzekeren. Van elke vergadering wordt een verslag opgemaakt, met de opmerkingen en de suggesties van de burgers (toevoegingen, amendementen, schrappen van teksten, wijzigingen, enz.). De verslagen worden gecentraliseerd op provinciaal en daarna nationaal vlak, en alle voorstellen worden onderzocht door de redactiecommissie. De commissie moet aan het parlement de teruggehouden en verworpen voorstellen voorleggen, met de motivatie.
Een nooit gezien initiatief in de geschiedenis van de Revolutie is de raadpleging van alle Cubanen die in het buitenland verblijven, en die zich kunnen uitdrukken via een website van de MINREX « Nación y Emigración », waar zij online hun opmerkingen kunnen doorsturen. Deze site is toegankelijk vanaf begin september.
Na deze brede raadpleging moet het parlement het verslag bespreken van de redactiecommissie, en een definitief ontwerp aannemen. Dit zal dan het ontwerp uitmaken van een referendum, voorzien in februari 2019. Eens de resultaten van het referendum gekend zal het parlement zich uitsprteken over het definitief ontwerp, met een meerderheid van tweederden en nominatieve stemming.
Een uniek voorbeeld van een democratische volksraadpleging.
Bronnen : Granma, Juventud Rebelde, Trabajadores, Cubadebate, Bohemia, ACN, Prensa Latina, Cubahora, CubaSí.
(Basisinformatie / Grondwet)
DE GRONDWETTEN IN DE GESCHIEDENIS VAN CUBA
F. Tack
Reeds enkele maanden na de start van de tienjarige oorlog, op 10 oktober 1868, de eerste onafhankelijkheidsoorlog van de Cubanen tegen het spaans colonialisme, geleid door Carlos Manuel de Céspedes, werd een eerste grondwet opgemaakt.
De grondwet van Guáimaro (1869)
Deze eerste grondwettelijke tekst werd opgemaakt tijdens een vergadering in april 1869, et Guáimaro (provincie Camagüey). De doelstelling was de organisatie van de eenmaking van de gestarte beweging, en de vorming van een nationale regering. De tekst bestond uit een inleiding en 29 artikels. Zo werd de eerste « Gewapende Republiek Cuba » geboren.
De grondwet van Baraguá (1878)
Na het einde van de tienjarige oorlog, met het protest van Baraguá, in de optiek de strijd voor de bevrijding van Cuba verder te zetten, wordt de kortste grondwet geschreven, bestaande uit slechts 4 artikels. Hij richt een voorlopige regering op, bestaande uit vier personen.
De grondwet van Jimaguayú (1895)
In februari 1895 herneemt de strijd, onder de leiding van de Cubaanse Revolutionaire Partij, gesticht door José Martí.. Op 16 september 1895 wordt de grondwet van Jimaguayú, met 24 artikels, goedgkeurd.
Artikel 24 voorrziet dat, indien er geen overwinning is na twee jaar oorlog tegen Spanje, een nieuwe grondwettelijke vergadering moet samengeroepen worden.
De grondwet van Yaya (1897)
Op 10 oktober 1897 gaan 24 afgevaardigden, van de zes legerkorpsen in strijd, het artikel 24 van de vorige grondwet toepassen.
De nieuwe tekst omschrijft het cubaans burgerschap, voert de verplichte legerdienst in, en bepaalt de individuele burgerlijke rechten : habeas corpus, postvrijheid, godsdienstvrijheid, gelijkheid voor de belastingen, vrijheid van onderwijs, recht tot petitie, onschendbaarheid van de woning, algemeen stemrecht, vrijheid van opinie en recht op vergaderen en verenigen.
Spijtig genoeg zal deze grondwet de tegenstellingen tussen burgerleiding en militaire leiding niet oplossen.
De grondwet van 1901
De tussenkomst van de VS in de onafhankelijkheidsoorlog belet de overwinning van de « mambises » op het spaans colonialisme. En niettegenstaande de oppositie, o.a. door Juan Gualberto Gómez, Manuel Sanguily en Bartolomé Masó, tegen de opname van het amendement Platt in de grondwet, wordt Cuba onderworpen aan de arbitraire wil van de Verenigde Staten.
De grondwet van 1940
In Guáimaro wordt op 10 oktober 1940 een nieuwe grondwet getekend, toen één van de meest vooruitstrevende in Latijns Amerika. Hij erkende het stakingsrecht, maakt een recht van de arbeid, verbiedt discriminatie op basis van het geslacht of de huidskleur, voert de bescherming in van de familie en de gelijkheid man-vrouw, drukt zich uit voor algemeen en gratis onderwijs, en voor gezondheidszorgen toegankelijk voor iedereen.
Spijtig genoeg blijven deze progressistische maatregelen dikwijls dode letter, en worden ze onderworpen aan de noordamerikaanse belangen.
De grondwet van 1976
In 1975 krijgt een werkgroep, samengesteld uit juristen en voorgezeten door Blas Roca, de opdracht een ontwerp van grondwet op te maken. Het ontwerp wordt voorgelegd aan een volksraadpleging, waaraan meer dan zes miljoen burgers deelnemen, alvorens een defintief projekt voor te leggen. Dit laatse wordt onderworpen aan een referendum, en goedgekeurd door 96% van de bevolking. Op 24 februari 1976 treedt deze nieuwe grondwet in voege.
De hervorming van 1978
Op 28 juni 1978 wijzigt de algemene vergadering van de Volksmacht art. 10/c van de grondwet, waarbij de officiële naam van het Pijneiland wordt omgevromd in Jeugdeiland.
De tweede hervorming van 1992
Tijdens de « speciale periode », ingaande op de aanpassingen voorgesteld door het IVe Congres van de PCC om het hoofd te bieden aan de dramatische toestand van het land, en na een lang en grondig openbaar deba t, worden wijzigingen voorgesteld en goedgekeurd over het beheer van de gemeenten en de provincies, evenals nieuwe regels voor de verkiezing van de volksvertegenwoordigers ende afgevaardigden.
De derde hervorming van 2002
In juni 2002, met een steun geschat op meer dan negen miljoen burgers, werd het socialistisch karakter van de grondwet onderschreven, en werd het onherroepelijk gegeven van het socialisme en het revolutionair politiek en sociaal systeem bevestigd. Ook het verbod om te onderhandelen van de economische, diplomatieke en politieke gegevens met een ander land, onder de agressie, de bedreigingen en de coêrcitieve druk van een buitenlandse mogendheid, werd opgenomen. De wijzigingen worden concreet opgenomen in de Wet over de Grondwetsherziening van 26 juni 2002.
Vertaling en resumé uit Granma : http://www.granma.cu/cuba/2018-06-27/una-historia-que-encierra-compromiso-27-06-2018-23-06-22
(Regio’s / Luik )
VVC – LUIK HERDENKEN DE 65e VERJAARDAG VAN DE AANVAL OP DE MONCADA.
Zoals IN 2017
kende de herdenking een succes : een veertigtal deelnemers.
In zijn toespraak ging Guido terug tot 1874 met een citaat van Carlos Manuel de
Céspedes, de Vader van het vaderland, en van José Martí in 1895, de Apostel van
de Onafhankelijkheid. Hij had het ook, over de negatieve rol van de VS (o.a. In
1898 de ontploffing van De Maine in de haven van Havana) vanaf het begin van de
XXe eeuw.
Deze omschrijvingwijze van de geschiedenis van Cuba lag misschien aan de oorsprong van de emotie met dewelke Susana Legrá Durán, de vertegenwoordigster van de ambassade, zich toen uitdrukte.
Daarna kwam een mooi muzikaal gedeelte, met een Chileense kameraad, Juan Valderama, en zijn gitaar, met bij de gekozen stukken een zeer mooie versie van « Hasta siempre ». De Chileense kameraden deden ook een oproep tot deelname aan de 45e herdenking van de staatsgreep van 11 september 1973, op 11/09 om 18u30 in de Cité Miroir in Luik.
Onze dank voor hun actieve deelname aan deze mooie avond : Susana Legrán Durán, Guido en Elvira, Rodolfo, Madeleine, Jo Meyer, Régi, Tonio, Francis en zijn echtgenote Silvany, Anita enn haar zonen, Patricio en Elena, de kinderen van Godofredo Cotrena en uiteindelijk Anne Delstanche, die talrijke foto’s maakte van de gebeurtenis.
Liliane